Beboete overtreding van artikel 8 Wwft blijft in hoger beroep in stand

BFT, autoriteit voor financieel-juridisch toezicht, had een boete opgelegd aan een accountantskantoor voor het overtreden van artikel 8 van de Wwft. Uit de administratie van de client van de accountant bleek namelijk dat er grote hoeveelheden contante transacties van meer dan 10.000 euro hadden plaatsgevonden. 

Ook was het accountantskantoor ermee bekend dat Bureau Toezicht Wwft (BTW) van de Belastingdienst aan haar client reeds een boete van 2500 euro had opgelegd voor overtredingen van de Wwft in hetzelfde tijdvak. Daarom had het accountantskantoor ook volgens het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBB) moeten onderkennen dat er sprake was van een hoger risico op witwassen bij haar cliënt. 

Het onderzoek dat de accountant had verricht schoot te kort als verscherpt cliëntenonderzoek. Het CBB verlaagt wel de in eerste instantie aan het accountantskantoor opgelegde boete, omdat de hoogte daarvan niet in verhouding is met de boete die reeds aan de cliënt van de accountant was opgelegd voor het niet-naleven van de Wwft door deze cliënt.

Uitspraak CBB Uitspraak in eerste aanleg

Tags