Voor een juiste berekening van de bewaringspositie is het van belang dat de vorderingen op cliënten
uit de cliëntschulden worden geëlimineerd. Indien dit wordt nagelaten worden de cliëntenschulden te
laag gepresenteerd en wordt dientengevolge de bewaringspositie te hoog weergegeven. Vorderingen
op cliënten dienen dan ook in de rapportage aan het BFT als (overige) vorderingen te worden verwerkt
en niet gesaldeerd te zijn met de cliëntschulden.