De wettelijke basis voor het rapport van feitelijke bevindingen van de accountant is artikel 18 lid 3 Wna en artikel 2, lid 4 van de Regeling op het notarisambt (Rna.). De notaris dient ervoor te zorgdragen dat het jaarverslag vergezeld gaat van dit rapport en aan de accountant de opdracht te verlenen dit rapport uit te
brengen. Via artikel 4, letter b van de Rna. is voorgeschreven dat de accountant in het rapport zijn
“bevindingen in het kader van de IDS-verordening” opneemt.

Het BFT verwacht in het rapport van bevindingen van de accountant een rapportage waaruit blijkt hoe
de accountant heeft beoordeeld dat wordt voldaan aan de vereisten van de IDS-verordening en wat de
bevindingen op basis van die beoordeling zijn. Dit strekt zich uit tot alle aspecten van de IDS
verordening, ofwel alle voorschriften zoals uitgewerkt in de artikelen 2 tot en met 7 van de
Verordening IDS. Het BFT verwacht van de accountants die deze opdrachten uitvoeren dat ze de
naleving van deze artikelen formeel en materieel toetsen en hun bevindingen verwerken in het
rapport.